Het praktijkonderwijs bestaat dit jaar 25 jaar, een belangrijk moment om uitgebreid stil te staan bij het praktijkonderwijs van vroeger, vandaag en de toekomst. We beginnen met deel één van onze blogreeks, waarin we enkele belangrijke jaartallen uit de geschiedenis van het praktijkonderwijs bespreken.
In 1975 werd de leerplicht verlengd tot 16 jaar, waardoor er meer aandacht kwam voor het onderwijs aan moeilijk lerende kinderen. In 1985 werd de Interim-wet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs van kracht. En in 1999 werd het praktijkonderwijs in Nederland geïntroduceerd als een nieuwe onderwijsvorm voor moeilijk lerende leerlingen.
Commissie Van Veen
In de jaren negentig werd er vanuit de politiek nagedacht over de integratie van het onderwijs voor moeilijk lerende leerlingen in het reguliere voortgezet onderwijs. De Commissie Van Veen kreeg de opdracht om advies uit te brengen over de aansluiting van het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo) en de theoretische leerweg (mavo) op het vervolgonderwijs.
Volgens de Commissie Van Veen was differentiatie in het onderwijs essentieel, bijvoorbeeld door middel van verschillende leerwegen. Het oorspronkelijke plan was om het vbo op te splitsen in vijf leerwegen, waaronder de arbeidsmarktgerichte leerweg. Deze leerweg was bedoeld voor leerlingen die niet goed konden meekomen met de andere leerwegen en direct wilden instromen op de arbeidsmarkt.
Mr. C. van Veen, voorzitter van de commissie Van Veen, zei tijdens een interview aan het Parool in 1994: “We moeten erkennen dat er leerlingen in het VBO zitten die de opleiding niet willen of niet kunnen. Deze leerlingen lopen docenten in de weg en frustreren medeleerlingen, die hun examen wèl willen halen. We moeten dus erkennen dat er ook voor deze leerlingen aparte voorzieningen nodig zijn. Ouders denken dat lang naar school gaan altijd goed is voor hun kinderen. Want hoe langer op school, hoe beter de baan die ze later krijgen. Maar dat is een misverstand waar wij, de commissie mavo/VBO, met het rapport doorheen hebben willen prikken. De diploma’s zijn minder waard geworden omdat heel veel leerlingen ze halen. Dus na een lange schoolgang is die betere baan er vaak niet.”
Opgenomen in de Wet op het voortgezet onderwijs
In 1999 werd het praktijkonderwijs opgenomen in de Wet op het voortgezet onderwijs. Scholen voor moeilijk lerende leerlingen vonden een eigen onderwijsaanbod van groot belang. Sommige scholen werden zelfstandig, terwijl andere een aparte afdeling binnen een scholengemeenschap werden. Het praktijkonderwijs heeft een bijzondere status binnen het voortgezet onderwijs, met specifieke regelingen en vrijstellingen die passen bij de behoeften van de leerlingen.
Tegelijkertijd heeft het praktijkonderwijs ook ontwikkelingen doorgemaakt die het dichter bij het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) hebben gebracht, zoals loopbaanmogelijkheden en samenwerking tussen vmbo- en praktijkonderwijsscholen.
Wil je kennismaken met StruX? Ontmoet ons op 12 juni 2023 in ’t Spant in Bussum tijdens het congres 25 jaar Praktijkonderwijs en ontvang de gratis duurzame Feest-tas mét inhoud.
In onze volgende blog nemen we je mee in ervaringen van Jacobien Ubbink, uitgever voor het praktijkonderwijs, gedurende de afgelopen 15 jaar. Wil je graag jouw verhaal over het praktijkonderwijs delen? Neem dan contact op met Anke van Breukelen a.vanbreukelen@boom.nl.
Blijf deze blogreeks volgen om meer te weten te komen over de uitdagingen, successen en toekomstperspectieven van het praktijkonderwijs. Graag staan we stil bij het verleden, het heden en de toekomst van deze waardevolle onderwijsvorm.
Bronnen:
Eimers, T., Kennis, R., & Voncken, E. (2016). Naar een nieuwe bekostigingssystematiek voor lwoo en praktijkonderwijs. Nijmegen: KBA.?
Geef een reactie