De vorige keer schreef ik over werkdruk en hoe je deze kunt verminderen. En hoe je daarmee als docent lekkerder in je vel kunt zitten. Ook belangrijk: leerlingen die zich goed voelen. Hier nog even op een rijtje waarom. Het is bijna een inkoppertje maar gelukkige mensen hebben meer vrienden, zijn gezonder en nuttiger voor de samenleving omdat ze het beste uit zichzelf halen. Ook zijn ze socialer en meer open, minder geneigd hun wereldje kleiner te maken door zich terug te trekken. En natuurlijk leert een lekker-in-zijn-vel-zittende leerling ook beter, is hij rustiger en vertoont minder pestgedrag.
Onderzoek
Er is de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar het fenomeen geluk. In tegenstelling tot de traditionele psychologie, die uitgaat van de geestelijke problemen van mensen, is er rond de eeuwwisseling een nieuwe stroming opgekomen: de positieve psychologie. Vanuit deze richting wordt juist de andere kant benaderd; mensen die het goed doen en die zich goed voelen. Wat kunnen we leren van hen bij wie het goed gaat? Interessant is dat het onderzoek zich de laatste jaren ook is gaan toespitsen op docenten en leerlingen. Er zijn allerlei methoden gebruikt om geluk te meten, waaronder observatie, gerichte interviews en het bijhouden van een dagboek. Onderzoek naar geluk is ‘hot’.
Gelukslessen
Aan Harvard University (USA) zijn ze in 2006 begonnen met lessen ‘Happiness’, gericht op hoe je zelf gelukkiger kunt worden. Het werd de meest populaire cursus ooit. Meer dan 2000 personen schreven zich in.
Ook in Nederland ligt er nu een methode voor gelukslessen ontwikkeld door Jacqueline Boerefijn. De methode heet Lessen in geluk.
Jacqueline is van oorsprong biologielerares. Ze kreeg aan het begin van het schooljaar een flinke lijst met onderwerpen die ze tijdens de les moest behandelen. Zoals: roken, alcohol- en drugsverslaving, ongewenste zwangerschap, loverboys, de stijging van de zeespiegel… enzovoort. Je leest het al: onderwerpen met een negatieve insteek. Boerefijn was alleen nog maar aan het waarschuwen en vond dit begrijpelijkerwijs niet leuk. Vanuit die situatie ontstond het idee voor het tegenovergestelde: het geven van lessen in geluk. Na het winnen van een prijsvraag werd die droom werkelijkheid en mocht ze een pakket gelukslessen gaan ontwikkelen. Het lespakket ligt er nu voor de eerste twee klassen voor het vmbo.
Hoe kun jij bijdragen?
Uit onderzoek blijkt dat Nederlandse jongeren tot de top vijf van gelukkigste jongeren behoren. In de leeftijd van elf tot vijftien loopt het geluksniveau, vooral bij veel meisjes, even terug. De neerwaartse lijn gaat door tot ongeveer achttien jaar. Gelukslessen op school kunnen voor deze groep heel waardevol zijn. Heeft jouw school niet de middelen en tijd om gelukslessen in het leven te roepen, dan kun je ook met kleine gebaren leerlingen helpen gelukkiger te worden. En ze helpen een goed gevoel over zichzelf te krijgen. Bijvoorbeeld door:
Te delen met je leerlingen waarom je docent bent geworden
Voor veel docenten was de reden om het onderwijs in te gaan: liefde voor de leerling, het vak, een ander iets willen bijbrengen. Een juf van een basisschool die ik sprak, hield dit gevoel levend door in de klas een vel papier op te hangen met daarop de tekst: ‘Ik ben juf geworden omdat…’ en dan een opsomming waar dan bijvoorbeeld tussen stond: ‘ik het belangrijk vind dat jij zo slim mogelijk wordt’. Dit is natuurlijk fantastisch. De kinderen weten dat ze door de juf belangrijk gevonden worden. Dit is dan een voorbeeld vanuit het basisonderwijs, maar in een meer volwassen vorm kun je ook zoiets bedenken voor oudere leerlingen. Wat is er mooier dan dat je leerlingen weten dat je voor hen in het onderwijs bent gegaan en dat dit niet zomaar een baan voor je is?
De leerling te zien en af en toe een compliment te geven
In het verlengde daarvan: zie de leerling. Ken je de Gorillatest? Zo niet, klik dan op de link en doe hem even. Hij is leuk en kost nog geen twee minuten.
Vraag je eens af wie de gorilla in jouw leven is. Voor een aantal docenten vormen jammer genoeg ‘leuke leerlingen’ de gorilla. Ze zijn vooral inhoudelijk bezig met de lessen. Of het lastige gedrag van enkele leerlingen krijgt (te)veel aandacht. Leerlingen die het goed doen, merken ze daardoor niet (meer) op. En dat is jammer: Als je in het onderwijs werkt, heb je bakken positieve energie om je heen. Merk ze op. En geef eens een compliment als ze het niet verwachten. Je zult merken dat het verschil gaat maken!
Geef een antwoord