In mijn blog van vorige week kon je lezen dat er meer vrouwen voor de klas staan dan mannen. In het basisonderwijs is zelfs 87% van de leerkrachten vrouw. Niet zo gek als je bedenkt dat de verhouding vrouw-man op de pabo’s ongeveer 80-20% is. Een (logisch) gevolg van zoveel juffen voor de klas is dat de manier van lesgeven vaak beter aansluit aan op meisjes. Mannen en vrouwen communiceren nu eenmaal verschillend. De meeste mannelijke leraren zijn wat directer, maken tijdens het lesgeven meer gebruik van humor en zijn meer gericht op actie en beweging.
Er zijn tot nu toe geen harde bewijzen geleverd dat het vrouw- of man-zijn invloed heeft op de studieresultaten. Maar ik kan me voorstellen dat dit zeker gevolgen heeft. Juist de verschillende belevingswerelden van mannen en vrouwen en diversiteit in lesgeven, leren kinderen en jongeren hoe de wereld in elkaar zit.
Tekenend zijn ook de cijfers, waaruit blijkt dat jongens achterblijven op meisjes. De prestaties van jongens en meisjes zijn de eerste jaren ongeveer hetzelfde. Pas in de voortgezet onderwijs-fase treedt er een verschuiving op. Dan komen de cijfers ineens verder uit elkaar te liggen. Van de leerlingen die een havo-diploma haalt is 52% vrouw. Van degenen die een vwo-diploma haalt is 54% vrouw. In het hoger onderwijs zet die trend zich versterkt door en zijn de verschillen nog groter: 58% van de studenten die een bachelor haalt, is vrouw. Op de pabo’s is dat percentage nog iets hoger.
Te veel verslagen en reflectie
Een veelvoorkomende klacht over de pabo is dat de manier van lesgeven te talig is. Een mannelijke ex-pabostudent: ‘Na twee jaar op de pabo ben ik ermee gestopt. Het grootste deel van de week was ik bezig met het maken van verslagen en reflecteren. Ik heb er helemaal niets van opgestoken’. Verslagen maken en reflecteren zijn nou net de opdrachtvormen die voor de meeste mannen niet zo prettig zijn. Vorige week kon je al lezen dat jongens over het algemeen minder talig zijn dan meisjes. Daarnaast is de prefrontale cortex, het deel van de hersenen waar het ‘reflecteren’ plaatsvindt, bij jongens nog niet uitontwikkeld. Dit is pas rond het 25e jaar het geval.
Dick Vrenssen, docent pedagogiek/psychologie/onderwijskunde en studieloopbaanbegeleider: ‘In mijn werk voor hogeschool Fontys benader ik vrouwelijke en mannelijke studenten verschillend. Voor jongens werkt stilzitten bijvoorbeeld minder goed. Dat begint op de kleuterschool al: Als een kringgesprek langer dan een kwartier duurt, gaan jongetjes bewegen, draaien, klieren en neemt de onrust toe. Hetzelfde geldt voor wat oudere studenten. Een coachingsgesprek met een jongen pak ik bewust heel anders aan dan bij een meisje. Vrouwen zijn gericht op communicatie, oogcontact. Met een meisje voer ik dus een face-to-face-gesprek aan tafel. Bij jongens komt zo’n ‘tafelgesprek’ wat moeilijker op gang. Met hen ga ik een eind wandelen, de gesprekken komen dan vanzelf los.’
Goede initiatieven bij pabo’s
We gaan gelukkig de goede kant op. Een aantal pabo-opleidingen zoals Fontys Hogescholen, Noordelijke Hogeschool Leeuwarden en Stenden Hogeschool zijn bezig met manieren om meer mannelijke studenten aan te trekken. Zo organiseren ze bijvoorbeeld meeloopdagen op scholen om jongens een goed beeld van hun toekomstige werkplek te geven, ontplooien ze nieuwe initiatieven als een onderzoekslaboratorium op school en – niet onbelangrijk: koppelen ze de meesters in spé aan mannelijke studieloopbaanbegeleiders en op hun stageplek aan een mannelijke leerkracht. Dit lijkt zijn vruchten al af te werpen. Vorig collegejaar steeg het aantal aanmeldingen van mannelijke studenten een paar procenten. Dus lerarenopleidingen: volg dit voorbeeld! Dan herstelt hopelijk de balans, wordt het leren voor jongens leuker, waardoor ze gemotiveerder raken en betere resultaten halen. Vrouwelijke docenten kunnen hierbij helpen door bewust ‘mannelijke’ werkvormen aan te bieden.
Volgende blog: ter inspiratie een aantal activerende werkvormen.
Ik merk bij ons op de christelijke basisschool dat de jongens toch anders reageren op een man in de klas en zich soms eerder begrepen voelen. Ook zijn ze wat makkelijker kalm te krijgen door een man. Is natuurlijk subjectief, maar ik zie er de voordelen wel van in hoor.