Net voor de kerstdagen informeerde minister Van Engelshoven (OCW) de Tweede Kamer middels een Kamerbrief over de veranderaanpak keuzedelen in het mbo. Door het verlagen van regels wil de minister de keuzedelen ‘nog meer tot hun recht laten komen.’ In dit artikel lees je een samenvatting van de zes maatregelen die zij voornemens is te nemen.
ONDERZOEK
Resultaten uit verschillende onderzoeken, waaronder het onderzoek van onderzoeksbureau KBA Nijmegen, laten zien dat er sinds de invoering van de keuzedelen ‘hardnekkige’ problemen in de uitvoering zijn ontstaan bij het organiseren en examineren van keuzedelen. De problemen in de praktijk presenteren zich onder andere in de beschikbaarheid van leslokalen, het roosteren van de keuzedelen, de indeling van onderwijstijd en de administratieve verwerking. Ook bij de eisen van examinering en het proces rondom vrijstellingen zijn struikelblokken.
MAATREGELEN
Van Engelshoven wil een zestal maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat studenten zich beter kunnen voorbereiden op de arbeidsmarkt of een vervolgopleiding. Mede door deze veranderingen moet er een ruimere keuze ontstaan voor studenten. Ook moeten mbo-scholen meer vrijheid krijgen om meer verschillende keuzedelen aan te bieden zodat er nog beter maatwerk geleverd kan worden en de student zich beter kan voorbereiden op een baan of vervolgopleiding.
De zes maatregelen die Van Engelshoven in haar brief noemt zijn:
1. Mbo-scholen krijgen samen met het bedrijfsleven in de regio meer ruimte om nieuwe keuzedelen te ontwikkelen.
Mbo-instellingen moeten samen met het regionale bedrijfsleven direct voorstellen voor een keuzedeel kunnen indienen en zelf bepalen welke keuzedelen in hun regio nodig zijn. De advisering door sectorkamers vervalt in het proces. De kwaliteit van keuzedelen blijft onverminderd van belang en de borging daarvan blijft de verantwoordelijkheid van SBB. Voor het ontwikkelen van een keuzedeel kunnen mbo-scholen, als zij dit willen, een beroep doen op SBB. Op dit moment maakt SBB een online tool om het ontwikkelproces te vergemakkelijken en indieners van keuzedelen te ondersteunen.
2. Mbo-scholen krijgen meer ruimte in het opnemen van bestaande en nieuwe keuzedelen in het onderwijsprogramma.
Door de koppeling van keuzedelen aan kwalificaties worden los te laten krijgen mbo-scholen meer om bestaande en nieuwe keuzedelen in het onderwijsprogramma op te nemen. Dit sluit aan bij eerder advies van SBB. Voor nieuwe keuzedelen die vanaf cohort 2020-2021 worden voorgedragen zal er geen koppeling worden vastgesteld. Het is aan de opleiding om keuzedelen aan te bieden die geen ondoelmatige overlap kennen met de kwalificatie en aansluiten bij het niveau van de kwalificatie.
3. Mbo-scholen krijgen meer ruimte voor bijspijkerkeuzedelen
Mbo-scholen krijgen meer ruimte in het aanbod van remediërende keuzedelen op niveau 2. Deze mogelijkheid bestaat al voor de entreeopleiding, maar wordt nu verbreed. Remediërende keuzedelen zijn gericht op het wegwerken van achterstanden voor het behalen van de beoogde kwalificatie. Deze maatregel beoogt studenten met een achterstand meer kansen te bieden op een goede doorstroom naar een vervolgopleiding of voorbereiding op participatie op de arbeidsmarkt en in de samenleving.
4. Mbo-scholen krijgen meer duidelijkheid over examinering.
Met de komst van de keuzedelen is het werk voor mbo-scholen op het gebied van examinering flink vergroot; voor elk keuzedeel moet immers een examen worden ontwikkeld. Goede examens zijn belangrijk voor de waarde van een diploma in de samenleving en op de arbeidsmarkt. Dat geldt ook voor keuzedelen, zeker nu de hoogte van de behaalde resultaten vanaf studenten die starten in studiejaar 2020-2021 onderdeel gaan worden van de slaag-zakregeling. Tegelijkertijd dient het ook uitvoerbaar te zijn voor de mbo-scholen en het bedrijfsleven. In de praktijk blijkt vaak dat wet- en regelgeving rondom examinering heel strikt wordt geïnterpreteerd. Daarom zal Van Engelshoven samen met de MBO Raad en de NRTO de scholen, examenleveranciers en het bedrijfsleven blijven informeren over de mogelijkheden vanuit de bestaande wet- en regelgeving. Ook is er een verkenning gestart om te kijken of de regels moeten worden aangepast.
5. Mbo-scholen krijgen meer ruimte voor het verlenen van vrijstellingen bij doorstroom.
Bij de introductie van de keuzedelen is besloten om de keuzedeelverplichting, die bepaalt hoeveel keuzedelen een student moet volgen, te koppelen aan het type opleiding en hierbij geen rekening te houden met de duur van de opleiding. In de praktijk blijkt dit een knelpunt voor studenten die doorstromen naar een vervolgopleiding in het mbo of voor studenten die een verkorte opleiding doen, omdat vrijstelling van een deel van de keuzedeelverplichting lastig is. De regelgeving rondom het verlenen van vrijstelling zal zo gewijzigd worden dat er meer ruimte komt voor het verlenen van vrijstellingen voor individuele en groepen studenten.
6. Mbo-scholen krijgen minder regeldruk bij keuzedelen
De regeldruk bij keuzedelen wil Van Engelshoven beperken door de onderwijsovereenkomst af te schaffen door het wetsvoorstel verbetering rechtspositie en rechtsbescherming mbo-student. Hiermee verdwijnt ook de administratieve drukte voor mbo-scholen om per student bij iedere (wisseling in de) keuze voor een keuzedeel de onderwijsovereenkomst te wijzigen. Dit wetsvoorstel zal zij in de zomer van 2020 in de Kamer indienen. Ook de regeldruk rondom de praktijkovereenkomst zal onder de loep genomen worden.
De gehele kamerbrief is hier na te lezen
Ontdek de Keuzedelen van Boom Beroepsonderwijs
Met Keuzedelen Edu’Actief van Boom beroepsonderwijs verrijkt je student zijn of haar mbo-opleiding. Beroepsecht, opdrachtgestuurd en gericht op 21e-eeuwse vaardigheden. lees hier meer