Veel mensen die lesgeven hebben 5 weken voor het einde van schooljaar vaak een opleving. Dan voelen ze zich opeens een stuk energieker. Dat heeft natuurlijk ook met de lente te maken, maar ook met het gevoel dat het schooljaar niet zo lang meer duurt én dat ze dit schooljaar minder uitgeput eindigen dan vorig jaar.
Raar genoeg is dat gevoel 3 weken voor het einde van het schooljaar opeens toch helemaal weg. Het is nog maar 3 weken en er moet nog zo ongelofelijk veel gebeuren. Al die toetsen en examens nakijken, vergaderen, revisies, afsluitingen, afscheidsborrels, toespraken, studenten op de hoogte brengen, eventueel ouders bellen, volgsystemen invullen, overdracht, blik op het nieuwe schooljaar, en nog heel veel meer. Iedereen is kapot. Maar nu nog opgeven is geen optie. Alles moet af vóór de school dicht gaat.
En door de vermoeidheid én alles wat er dit jaar weer is gebeurd is iedereen ook extra geprikkeld. Of om het positiever te zeggen, iets gevoeliger. Vaak ook sentimenteel. Zoals mijn filosofieleraar vroeger altijd zei: ‘In het licht van het einde wordt het voorafgaande zichtbaar’.
En dat is ook zo. Van alles dat gebeurd is passeert je gedachten. Er zit weer een jaar op. Voor de ‘lieve-vriendelijke-hardwerkende’ leerling ben je blij met wat hij bereikt heeft. Maar ook de ‘lastige-te-aanwezige-storende’ leerling kun je opeens meer beoordelen in de categorie: ‘het-heeft-ook-allemaal-een-reden’. Je bent opeens ook meer samen met collega’s. Logisch, mensen met hetzelfde gevoel zijn toch al meer geneigd elkaar op te zoeken.
Er wordt harder gelachen en er worden tranen weggeslikt bij diploma-uitreikingen, rapporten uitdelen en de speech van de vertrekkende collega.
Er worden nog zaken uitgesproken. Mooi of vervelend. Iedereen gaat het liefst opgeruimd de vakantie in.
Over opgeruimd gesproken. Dat moet ook nog allemaal gebeuren. En tegelijkertijd wordt thuis ook de aankomende vakantie geregeld. Tussendoor.
Opgeteld is de uitputting nabij.
Er zijn veel mensen buiten het onderwijs die het altijd maar blijven hebben over hoeveel vakantie er is in het onderwijs. Ze hebben dus werkelijk geen idee. Dat begrijp ik niet. Ze hebben toch ooit ook zelf op school gezeten? Dan weten ze toch nog wel hoe zij als leerling al behoefte hadden aan vakantie.
Als je lesgeeft is dat nog in het kwadraat.
Een periode van 8 weken lesgeven is een zware opdracht. Dan heb je even vakantie nodig. Een schooljaar met 40 lesweken is een enorme opdracht.
Elke dag proberen anderen iets te leren in groot enthousiasme. Nooit teveel verslappen, want een klas slaapt nooit en slaat toe om alles over te nemen. Maar bovenal: je iedere lesdag inleven in al die verschillende leerlingen. Elke dag een recordpoging empathie. Altijd anderen proberen beter te maken en daar zelf ook nog van te leren. Soms 100 studenten per dag. Tientallen collega’s om je heen. Je moet je tot alles verhouden. Zoals wij dat vroeger noemden: je moet elke dag L.I.M-men. Leraar-In-Meute.
Als het goed is ben je uitgeput. Twijfel niet aan jezelf. Dat klopt.
Als het goed is kijk je tevreden terug met een klein traantje achter de ogen.
Je loopt opgelucht de school uit.
En over 5 of 6 weken heb je eigenlijk best weer zin om te beginnen.
Dat dan weer wel. Je hebt namelijk het mooiste beroep ter wereld.
Geef een antwoord