Vanuit het ministerie is er in het sectorakkoord vastgelegd dat scholen een document aan hun leerlingen kunnen meegeven waarin de brede vorming van de leerling zichtbaar wordt gemaakt. Het plusdocument. Maar wat is nu de daadwerkelijke functie of meerwaarde van dit plusdocument? Hoe ga ik dit organiseren binnen mijn school, waar ik naast het plusdocument ook het loopbaandossier vorm wil geven? Kan het loopbaandossier misschien onderdeel worden van dit plusdocument? Op welke manier zorg ik ervoor dat de inspanning die we op het voortgezet onderwijs doen ook daadwerkelijk erkend wordt door het vervolgonderwijs?
Dit zijn vragen waar we als vmbo-scholen mee stoeien. Het vmbo, waar we, naast de nieuwe profielen vormgeven met daaraan gekoppeld nieuwe school- en centraal examens, ook vorm moeten geven aan dit loopbaandossier. Het vervolgonderwijs zoals het mbo is ook hard aan het werk met het ontwikkelen van de nieuwe kwalificatiedossiers met daarin een prominente plaats voor loopbaanleren. Dus eigenlijk zou je zeggen dat de tijd rijp is om met elkaar om de tafel te gaan zitten en te kijken welke kansen er liggen om de ontwikkeling van leerlingen, maar ook elkaars onderwijs, te versterken.
Betekenisvol plusdocument
Wat ik het liefste als vmbo-decaan zou willen is dat we als school een betekenisvol plusdocument ontwikkelen als onderdeel van een maatwerkdiploma, waardoor we onze leerlingen kunnen uitdagen en kansen kunnen geven om te excelleren. En vooral om dit te laten zien, en om hun inzet te erkennen.
Het vervelende is alleen dat er op dit moment nog geen kader is. Er zijn scholen die al een soort plusdocument hebben. Zij zijn bezig om deze lijnen van ontwikkeling in kaart te brengen. Dit gebeurt in het project Peer2Peer-Traject Plusdocument van de VO-raad. Door middel van schoolportretten wordt er gekeken op welke manier het maatwerkdiploma vorm gegeven kan worden.
Dit Peer2Peer-Traject geeft zicht op mogelijkheden. Maar het geeft ook aan welke keuzes een school moet maken wat betreft de inrichting van het plusdocument.
Deze plusdocumenten onderscheiden zich op een viertal aspecten:
- Ambitie: kiest de school ervoor om op het plusdocument de min of meer autonoom/op eigen initiatief door de leerling verworven plussen te vermelden of wil de school het plusdocument een onderdeel laten zijn van schoolambities m.b.t. talentontwikkeling, competentieontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling.
- Inhoudelijk: kiest de school ervoor om brede vorming (cognitieve plussen en persoonlijke ontwikkeling) wel of niet uit te drukken in competenties.
- Vormgeving (informatieve kracht): kiest de school er wel of niet voor om het plusdocument van andere informatie te voorzien naast de titels van de plussen en zo ja, op welke manier dan.
- Betrokkenen in de organisatie: voortvloeiend uit de voorafgaande drie punten – het lijkt erop dat naarmate de school ambitieuzer is m.b.t. de te bereiken doelen op het terrein van de brede vorming, (meer) medewerkers intensiever betrokken worden bij de totstandkoming van al hetgeen voorafgaat aan het plus.
Bron: Peer2Peer-Traject Plusdocument
Passie en kwaliteiten
Als je deze ambities leest t.a.v. de ontwikkeling van het plusdocument, zou het toch mooi zijn als we door middel van het plusdocument in kaart kunnen brengen waar de passie en de kwaliteiten van onze leerlingen liggen. Dat hetgeen ze gedaan hebben op het vmbo van waarde is voor het vervolgonderwijs, en dat ze met trots met hun plusdocument naar het vervolgonderwijs kunnen gaan en hun inzet en kwaliteiten erkend worden.
Geef een reactie