De cross-over Junior Business Controller (JBC) loopt alweer een half schooljaar op ROC Friese Poort en ROC van Twente. Grondleggers Nel-An Gaasbeek en Pascal Starink noemen de opleiding toekomstbestendiger, breder, meer student- en praktijkgericht, met hybride onderwijs én de beroepsrelevantie altijd centraal. Ook is de opleiding mooi in lijn met het nieuwe financiële profiel uit het KD Business services 2022. Lees in dit interview hun ervaringen en laat je inspireren!
Eerst even introduceren…..
Nel-An van ROC Friese Poort is coördinerend docent financiële beroepen niveau 3 en 4. Zij liep met het idee om een moderne financiële mbo-opleiding op te zetten die aansluit op de beroepspraktijk. Dat werd met hulp van het SBB de cross-over Junior Business Controller, waar ze binnen Friese Poort nu verantwoordelijk voor is.
Pascal Starink van ROC Twente is bpv-coördinator, docent economie en Beste praktijkleren consulent van 2015. Toen hij hoorde via zijn directeur van de cross-over sloot hij direct aan. Ook hij is nu Projectleider JBC.
Waarom zou je als ROC kiezen voor een cross-over?
Beide ROC’s vonden dat ze moesten ingrijpen. Het onderwijs sloot niet meer op de beroepspraktijk aan. Bedrijfsadministrateur en junior assistent-accountant bleken te eng voor de veranderende bedrijfsprocessen. Studenten koppelden terug dat het in de beroepspraktijk toch wel heel anders ging. Het bedrijfsleven vroeg om een modernisering van het curriculum dat meer past bij de arbeidsmarkt van nu.
Waar en hoe begin je?
Nel-An heeft als projectleider bedrijven, oud-studenten en collega-docenten bij elkaar gebracht en als team een ontwerp bedacht. Zij heeft onderzocht wat je zou kunnen doen en met SBB contact gezocht. Er zijn namelijk wel allerlei regels aan het ontwikkelen van een nieuwe opleiding. Het ROC van Twente is in deze fase ook mee gaan doen.
De meest logische oplossing was een zogenaamde cross-over. Een tijdelijke opleiding die je moet samenstellen uit minimaal 2 kwalificatiedossiers. De cross-over Junior Business Controller is samengesteld met werkprocessen uit de kwalificaties Bedrijfsadministrateur, Manager Transport en Logistiek, Expert IT systems and devices en Juridisch administratief dienstverlener.
Dus bestaande werkprocessen, je mag geen nieuwe werkprocessen bedenken. ‘Toen zijn we tot deze compilatie gekomen’, aldus Nel-An. Bij het ROC van Twente is voor de implementatie gewerkt met een project en werkgroep. In de werkgroep zaten vanuit de verschillende opleidingen en mbo-colleges vakdocenten. Deze kwamen wekelijks bij elkaar om te opleiding neer te zetten. Ook zijn wij met een kleine groep docenten naar de Edex ( Educational design expeditions) geweest om onze onderwijsvisie te herzien. Daar is de fundering gemaakt, waarop zij verder zijn gaan bouwen. ‘En kwamen jullie als uitgeverij ook in beeld als meedenker én met lesmateriaal’ zegt Pascal. ‘We zijn best trots dat we straks met andere materialen kunnen gaan werken, bijvoorbeeld met Speedbooks. De beroepsrelevantie staat meer dan ooit centraal.’
Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen het bestaand KD en de cross-over?
Het voornaamste contrast is het bredere karakter, de aansluiting op de actuele beroepspraktijk. ‘Als je JBC en bedrijfsadministrateur naast elkaar legt dan zijn we veel toekomstbestendiger geworden’, aldus Nel-An.
In deze opleiding krijg je bijvoorbeeld inzicht in de logistieke processen van een organisatie. Niet zozeer het orderpicken, maar wat de consequenties zijn van de logistiek op de financiële administratie. Ook ontwikkel je juridische kennis. ‘We hebben mondige klanten, die willen weten wat hun rechten en plichten zijn.’ Dat zit ook in cross-over en niet in het bestaande FAB-dossier. Een ander voorbeeld is dat er bij het vak Nederlands gewerkt wordt aan het kunnen rapporteren. En uiteraard komt adviseren aan de orde, waarvoor EKBA en EKBE de basis vormen. ‘Want hoe kun je adviseren als je niet weet waar je het over hebt?’ Analyseren en rapporteren worden steeds belangrijker voor de mbo-student nu invoerwerkzaamheden steeds meer vervallen. ‘Dankzij Boom beroepsonderwijs die al connecties had met Speedbooks kunnen we in de toekomst rapportagesoftware inzetten in de les’.
Hoe heeft ROC van Twente JBC ingericht?
ROC van Twente heeft de cross-over over 3 jaar verdeeld, met daarin een aantal fases. ‘Bij het ontwikkelen van het onderwijsprogramma zijn wij uitgegaan van de visie van het hybride leren. In elke periode starten we met een themaweek. Zo beginnen de studenten met het kennismaken met de opleiding.’
Als lesmiddelen gebruiken ze bestaande simulaties in combinatie met de theorieboeken en werkboeken van Financieel.info. Ook maken ze gebruik van de digitale leeromgeving waarin alle geselecteerde leermiddelen met 1 licentie beschikbaar zijn.
Ontwikkelingsgericht leren
‘Aardig om te laten zien is dat we ook meer elementen van ontwikkelingsgericht leren meenemen in de opleiding. Zo werken we bijvoorbeeld met een portfolio. Op het einde van een periode moet de leerling het portfolio opleveren en dan krijgt hij ook een portfoliogesprek. ‘Over wat goed gaat en wat beter kan’, aldus Pascal.
Keuzewerktijduren
‘Daarbij zijn we dingen wezenlijk anders gaan doen, we zijn overgestapt op zogenaamde keuzewerktijduren’. In deze uren kunnen studenten onder begeleiding van een vakdocent werken aan verschillende opdrachten en vakken. En bijvoorbeeld op eigen tempo door rekenen heen. ‘Zo kun je iets meer differentiëren.’
In leerjaar 2 gaan de studenten van ROC van Twente meer de verdieping opzoeken; meer onderdelen uit de simulatie Rechtsgilde komen aan bod en ook gaan meer onderdelen plaatsvinden in het kader van de stage.
Praktijkgericht samenwerken
Ook moesten de studenten in de tweede themaweek een ondernemersplan maken, verschillende vakgebieden samenvoegen en ook echt samenwerken. ‘Dat hadden we nog nooit eerder gedaan. De kennis die in de boeken staat, bijvoorbeeld ondernemingsvormen, moesten ze echt in groepjes in de praktijk gaan toepassen en een eigen bedrijf starten.’
‘Mooi is om te zien hoe ze op een andere manier met de stof bezig zijn en dat ze niet per se slaafs de methode volgen.’
Inrichting en programma van ROC Friese Poort
Op ROC Friese Poort is de cross-over ook in fases opgedeeld vanuit de visie hybride leren. De 1e fase betreft oriënteren. Daar is de student vooral bezig met cognitieve vaardigheden, gericht op kennis. In de 2e fase is hij meer bezig met proeven. Daarin moet hij ook vanuit de praktijk opdrachten de school in halen. In de 3e fase gaan studenten onderzoek doen. Dat past mooi in aansluiting op hbo. ‘Wat we terugkrijgen is dat studenten vaak een kunstje leren maar niet weten hoe ze onderzoek in de praktijk moeten toepassen’.
Zelf de regie in handen
‘We laten studenten op ROC Friese Poort in het eerste jaar onderwerpen kiezen en presenteren uit het Basisboek juridisch. Dat is meteen goed voor de communicatieve vaardigheden. Ze leggen een onderdeel uit van het juridische boek en de klas moet daar vragen over stellen.
Ook moeten alle studenten die nu op stage gaan een praktijkcase inbrengen op school, die willen we gaan bundelen. Dan krijg je praktijkopdrachten uit de eigen regio en daar willen we vervolgens de theorie van Boom beroepsonderwijs aan koppelen. Die praktijkopdrachten willen we dan ook gaan gebruiken in leerjaar 2 als proeve. Zo kunnen studenten mee ontwikkelen.’
Hoe gaan simulaties samen met de theorie?
De ingezette simulaties van Stichting praktijkleren lopen parellel aan het ontwikkelen van de cognitieve vaardigheden. De eerste twee weken wordt de theorie aangeboden om fundering te leggen. Pascal: ‘We hebben verder met docententeam een plan van aanpak gemaakt welke theorie er eerst moet komen.’ De simulaties draaien naast de theorie dat blijkt goed te doen.
‘In jaar 1 starten we in periode 3 al met de simulatie Pets& Friends. Deze simulatie start normaal gesproken in leerjaar 2. Het is wel even spannend om te zien hoe dat uitpakt. Kunnen ze het al aan?’
Wat is de reactie van studenten?
De studenten zijn zeer enthousiast. Ten eerste vinden ze de verbreding heel erg leuk. ‘Dat ze niet alleen maar met boekhouding bezig zijn maar ook logistiek en juridisch hebben’. Pascal: ‘De keuzewerktijduren bij ons bevallen ook zeer goed; studenten krijgen zo meer tijd om dingen erbij te doen in eigen tempo, het geeft ook minder huiswerk. Na een korte instructie gaan de studenten zelf aan de slag. Of als bijvoorbeeld een student behoefte heeft om te gaan rekenen dan kan hij dat ook in een keuzewerktijduur doen.’
Nel-An: ’Het zelf een praktijkcase inbrengen op school geeft een ‘boost’ net als het zelf mogen uitkiezen van een juridisch onderwerp om te presenteren; de studenten hebben op die manier meer de regie in eigen handen.’ Pascal: ‘De juridische onderdelen zitten bij ons in leerjaar 2, maar wij zullen ook op een soortgelijke manier gaan werken.’
Tot slot bevalt het ontwikkelingsgericht leren goed. Het onderwijs is meer op de individuele student gericht ‘wat moet ik beter doen en wat doe ik al goed’.
‘Opgetogen, want de opleiding is praktijkgericht, divers, ‘doen’, meer in eigen tempo met zelf de regie in handen.’
Een echte niveau 4 opleiding
De studenten die met het Kader beroepsgericht diploma binnen zijn gekomen vinden het wel zwaar. Het is veel en vooral complex, omdat het veel verschillende dingen zijn. Dat had Nel-An wel verwacht. ‘We hadden ervoor kunnen kiezen om die studenten op financieel administratief niveau 3 te zetten. Uiteindelijk hebben we gekozen om te kijken of die KB- leerlingen zich kunnen optrekken aan de TL leerlingen.’ Wel heeft ROC Friese Poort vooraf aangegeven dat deze opleiding een echte niveau 4 opleiding is. ‘Daar vraag je meer, maar je bereid je beter voor op wat er op de arbeidsmarkt gevraagd wordt’.
‘Studenten kiezen bewust voor deze opleiding. Qua kennis en kunde moet je wel wat in je mars hebben.’
Vraagt de cross-over een ander soort student?
De opleiding is nog grotendeels gebaseerd op de inhoud van de oude bedrijfsadministrateur, maar communicatie wordt wel steeds belangrijker. Dat geeft het bedrijfsleven ook aan; adviseren krijgt een belangrijke rol. De student die deze opleiding kiest moet in het achterhoofd hebben dat hij ook met communicatie aan de slag moet. Pascal: ‘ik merk wel dat de student die ik nu in de klas heb een wat ingetogener, rustig type is. Het is leuk om te zien dat ze in de themaweek wat losser komen’.
‘Bij commercie heb je hele verbale studenten, die willen klanten opzoeken en verkopen. Het vakgebied waar wij ons op richten trekt studenten die het moeilijker vinden de klant op te zoeken, maar die klanten wel willen kunnen adviseren’ zo zegt Nel-An.
‘De studenten die anders in het grijze gebied kwamen, die pak je er nu bij omdat je het breder opzet’.
Wat betekent een cross-over voor de docent?
Een cross-over haalt je wel een beetje uit de comfortzone. Normaal geef je gewoon je les, nu moet je veel meer met collega’s samenwerken en kijken ‘hoe liggen de verbanden met de verschillende vakken en hoe kunnen we daar de verbinding zoeken’, aldus Pascal. In Almelo is het ROC van Twente begonnen met een kleine klas.
Examineren, hoe kijken jullie daar tegenaan?
Voor wat betreft de basiskennis nemen beide ROC’s al in het 1e jaar kennistoetsen af en gaan ze aan de slag met het bijvoorbeeld het project Tichelaar-dagboeken, werkproces van inkoop en rekenvaardigheden. Omdat studenten rekenen in eigen tempo doen, liggen daar wel accentverschillen. De rest van de toetsen vallen in leerjaar 2 en 3.
Onderdelen als logistieke processen en het geven van advies willen Nel-An en Pascal juist meer in de praktijk gaan doen. ‘Dit in tegenstelling tot financiën, daar wordt veel intern geëxamineerd, dat is een gemis.’ Pascal: ‘We willen kijken of we dat kunnen doen met bijvoorbeeld een proeve van bekwaamheid of middels een interview, dit in combinatie met theorie examens.’
‘We zoeken echt een examenmix op, praktijk en school’.
Krijgen studenten een ander soort stageopdracht mee?
Ook de stages zien er binnen Junior Business Controller anders uit. ‘We willen dat Keuzedelen meer aan bod komen in de stage. De stages moeten alternerend zijn en de student moet de praktijkverhalen naar school halen. Op ROC van Twente gaat de student in leerjaar 2 een half jaar naar school en dan op stage. Op ROC Friese Poort is de stage het hele jaar 2 dagen per week. ‘Waarbij we meer de link zoeken tussen praktijk en school. Als de studenten op school zijn dan moeten ze elkaar informeren ‘Wat doe jij in de praktijk?’ Plus we helpen ze kijken hoe je de theorie aan de praktijk kunt koppelen’.
‘Meer de link maken tussen praktijk en theorie. Wat zie je in de praktijk? En hoe koppel je daar de theorie aan? Dat is een andere manier van aanbieden dan hoe we het eerst deden.
JBC sorteert al voor op het nieuwe kwalificatiedossier Business services
In april 2021 zal naar verwachting het nieuwe dossier voor zakelijke dienstverlening worden goedgekeurd; Business services. Nel-An is actief betrokken bij het financiële profiel daarbinnen. ‘De cross-over JBC is daar als basis gebruikt voor het nieuwe financiële dossier aldus Nel-An. ‘Wij besteden veel aandacht aan het werken met Excel, een belangrijke vaardigheid in het nieuwe dossier. Het onderdeel logistiek is opgenomen in de basiskerntaak’.
Ook Pascal is blij te zien dat als het nieuwe kwalificatiedossier van start gaat in schooljaar 2022-2023, er al in de basis een nieuw onderwijsconcept is neergezet. ‘We zullen met docenten, studenten en het bedrijfsleven in gesprek blijven over wat positief is en we blijven ontwikkelen, maar wel met in het achterhoofd dat het in het nieuwe KD moet staan’.
Waarom zijn analyseren en rapporteren een belangrijke toevoeging aan het nieuwe KD?
Studenten moeten niet alleen weten ‘hoe zit de resultatenrekening of de eindbalans in elkaar’ maar ze moeten ook leren hoe te lezen en te begrijpen en ‘wat zijn de gevolgen’ als er iets verandert in de kengetallen. Dit onderdeel wordt al op een laagdrempelige manier in leerjaar 1 behandeld. Uiteindelijk willen we dat studenten in leerjaar 3 ook op school leren werken met de rapportagesoftware, de tools die in het bedrijfsleven worden gebruikt in het kader van data-analyse. Nel-An geeft aan ‘je moet kunnen analyseren, dat zit in het werkproces management informatie.’
‘Als docent heb ik ook weinig kaas gegeten van rapportagesoftware, ik ben ook nieuwsgierig en moet dat zelf ook gaan verkennen.‘
Wat zouden jullie andere ROC’s adviseren?
Is een cross-over een enorme verandering? Volgens Nel-An moet je vooral de meerwaarde ervan in zien, want die is heel erg groot. ‘Zeker als je in de praktijk kijkt, bedrijven worden er heel blij van. Scholen kunnen zo aan toekomst werken en ook onderwijs heel anders inzetten. We leiden op voor het bedrijfsleven maar ook voor de doorstroom’. Zo ook zegt Pascal: ‘Het is een mooie kans om vanuit de basis te werken aan de beroepsrelevantie en een mooie kans om aan de tekentafel te zitten en te kijken naar een mix van ontwikkelingsgericht leren. Wij hebben opnieuw met het bedrijfsleven gekeken naar wat zij belangrijk vinden. Die gesprekken waren heel zinvol.’ Daarbij, zo zegt Nel An ‘Als je het zou gaan aanbieden, het hele assortiment aan leermiddelen ligt er al’.
Een moment om niet alleen stil te staan bij het toekomstbestendige beroep, maar ook de onderwijsvisie te herijken samen.
In samenwerking met het bedrijfsleven krijgen actuele en innovatieve ontwikkelingen snel een plek in het onderwijs.
Geef een reactie