Afgelopen schooljaar is er een nieuwe opzet voor de bovenbouw van het VMBO ingevoerd. Leerlingen van beroepsgerichte leerwegen kiezen een profiel met basisvakken en vullen dit aan met praktijkvakken en keuzevakken. Hoe werkt dit precies? Welke leerwegen en profielen zijn er? En hoe ziet het programma er in de bovenbouw van het VMBO eigenlijk uit? Voor iedereen die niet weet hoe het precies zit, heb ik hieronder een en ander op een rij gezet.
1. De verschillende leerwegen
Er zijn vier leerwegen in het VMBO. Elke leerweg geeft een bepaald niveau en een bepaald soort programma aan: van heel praktisch tot vooral theoretisch. Leerlingen maken pas een definitieve keuze voor een leerweg aan het einde van het tweede leerjaar.
Basisberoepsgerichte leerweg (VMBO basis of BB)
De basisberoepsgerichte leerweg bereidt voor op de basisberoepsopleidingen (niveau 2) van het MBO.
Kaderberoepsgerichte leerweg (VMBO kader of KB)
De kaderberoepsgerichte leerweg richt zich op de praktijk en bereidt voor op de vak- en middenkaderopleidingen niveau 3 en 4 van het MBO.
Gemengde leerweg (VMBO GL)
De gemengde leerweg ligt qua niveau dichtbij de theoretische leerweg en bereidt voor op de vak- en middenkaderopleidingen op niveau 3 of 4 van het MBO of op doorstroming naar het HAVO.
Theoretische leerweg (VMBO TL)
De theoretische leerweg is het beste te vergelijken met de oude mavo en bereidt voor op de vak- en middenkaderopleidingen op niveau 3 of 4 van het MBO of op doorstroming naar het HAVO.
2. Voor alle leerlingen verplichte vakken
Alle leerlingen in de bovenbouw van het VMBO volgen vier verplichte AVO-vakken:
- Nederlands
- Engels
- Maatschappijleer
- Lichamelijke opvoeding
Daarnaast moeten ze verplicht één kunstvak volgen: Beeldende vorming, Muziek, Dans of Drama of een combinatie daarvan, bijvoorbeeld Culturele en kunstzinnige vorming (CKV). Ook moet alle leerlingen een verplichte rekentoets afleggen. Ten slotte is Loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB) een verplicht onderdeel van het curriculum.
3. Profielen
Aan het eind van het tweede leerjaar kiest elke leerling binnen het vmbo een profiel. Bij BB, KB en GL kiest de leerling voor één van tien profielen:
- Economie en ondernemen (E&O)
- Horeca, bakkerij en recreatie (HBR)
- Zorg en welzijn (Z&W)
- Groen
- Bouwen, wonen en interieur (BWI)
- Produceren, installeren en energie (PIE)
- Mobiliteit en transport (M&T)
- Media, vormgeving en ICT (MVI)
- Maritiem en techniek (MT)
- Dienstverlening en producten (D&P)
Leerlingen volgen het bij het profiel behorende beroepsgericht profielvak. Elke leerling binnen TL kiest voor één van de vier profielen:
- Economie
- Zorg en Welzijn
- Techniek
- Groen
Deze leerlingen volgen geen beroepsgericht profielvak, al zie je steeds meer VMBO scholen die op TL ook beroepsgericht onderwijs aanbieden, omdat veel leerlingen doorstromen naar MBO niveau 3 of 4.
4. Profielgebonden AVO-vakken
Elk profiel kent een aantal verplichte vakken, de zogenaamde profielgebonden AVO-vakken:
- EO, HBR of Economie: economie en keuze uit een moderne vreemde taal of wiskunde
- Z&W of Zorg en welzijn: biologie en een keuze uit wiskunde, aardrijkskunde, geschiedenis of maatschappijleer 2
- Groen: wiskunde en een keuze uit biologie of natuurkunde (Nask 1)
- BWI, PIE, M&T, MVI, MT of Techniek: wiskunde en natuurkunde (Nask 1)
- D&P: de leerling kiest twee vakken uit: wiskunde, natuurkunde (Nask 1), biologie en algemene economie
5. Keuzevakken
Naast bovengenoemde verplichte vakken, volgt elke leerling afhankelijk van zijn leerweg nog verplicht een aantal keuzevakken:
- Basisberoepsgerichte leerweg: vier beroepsgerichte keuzevakken
- Kaderberoepsgerichte leerweg: vier beroepsgerichte keuzevakken
- Gemengde leerweg: één AVO vak en twee beroepsgerichte keuzevakken
- Theoretische leerweg: twee AVO vakken
Hopelijk heb je hiermee een iets beter beeld gekregen van hoe de bovenbouw van het VMBO in elkaar steekt. Heb je vragen of aanvullingen? Ik hoor het graag!
[alert color=”blue” icon=”fa-newspaper-o”]Lees ook Hoe zit het mbo in elkaar? [/alert]
Geef een reactie