In onze methode zijn de vier thema’s van Burgerschap in een sociale context gezet met behulp van storytelling. Voor elk thema volgen de studenten een personage, dat tot leven komt in een eigen digitale omgeving. Hier vinden de studenten ook de informatie die ze nodig hebben voor de challenges van die dimensie.

De voer thema’s zijn: Vitaal burgerschap. Economisch, Politiek-juridisch en Sociaal-maatschappelijk.

De opzet voor een les of leermoment is als volgt:

-Voorkennis activeren
-Kennisoverdracht
-Activiteit 1
-Activiteit 2
-Evalueren en reflecteren

Activiteit 1 en 2 kunnen uit meerdere challenges bestaan. De challenges van activiteit 1 zijn op de niveaus onthouden, begrijpen en toepassing volgens de taxonomie van Bloom, terwijl de challenges van activiteit 2 op de niveaus analyseren, evalueren en creëren zijn. Bij activiteit 2 neemt sociale én fysieke interactie een grote plek in.

Ook de rol van de docenten is flexibel bij Boom Burgerschap. Er zijn taken die echt uitgevoerd moeten worden en aanbevolen activiteiten. Begeleiding is echt nodig wanneer de studenten aan de slag gaan met ‘activiteit 2’. De docent zorgt dan bijvoorbeeld voor een gespreksstarter en begeleidt de werkzaamheden tijdens een contactmoment. Een aanbevolen activiteit is bijvoorbeeld de resultaten bespreken van de challenges bij de onderdelen ‘voorkennis activeren’ en ‘evalueren/reflecteren’

Met Boom Burgerschap kunnen de studenten (en hun docenten) gemakkelijk zien of ze voldaan hebben aan de inspanningsverplichting. In het programma zijn de leerdoelen gekoppeld aan badges. Wanneer studenten challenges uitvoeren, verdienen ze badgepunten, waarmee ze de volgende badges kunnen halen:

• Brons: de student is begonnen aan de challange;
• Zilver: de student is goed opweg;
• Goud: de student heeft voldaan aan de inspanningsverplichting;
• Platina: de student heeft een extra mijl gelopen.

Voor elk leerdoel moeten de studenten goud halen. Als ze platina halen, kunnen ze daarmee een zilveren badge compenseren.