Een slogan van een bekend tv programma is ‘We gaan weer beginnen! Ja, het schooljaar staat op het punt van beginnen. Wat een voorrecht eigenlijk, dat we weer kunnen beginnen. Dat onze kinderen naar school mogen. Een wij op die scholen kunnen werken. En er in een zekere vrijheid onderwijs van hoge kwaliteit neer kunnen zetten. Kunnen zoeken naar kansen voor kansarme kinderen. Passend onderwijs vorm kunnen geven.
Nog steeds gaan wereldwijd veel kinderen niet naar school. Neem als voorbeeld Syrië. Daar gaat momenteel minder dan 60% van de jeugd naar een vorm van onderwijs, vanwege de burgeroorlog in het land. En bijna de helft van alle vluchtelingen uit dat land is kind.
Internationale schakelklas
In het Nederlandse onderwijs starten volgende week diverse Syrische kinderen. Kinderen die getuige geweest zijn van soms gruwelijke taferelen. Die lang geen onderwijs hebben gehad en die uit een heel andere cultuur komen dan die van ons.
Ik laat je kennismaken met Amira, een Syrisch meisje uit een heel eenvoudig, traditioneel gezin. Een gezin met goede wil om te gaan integreren in Nederland, maar de kloof is groot, die ze daarvoor moeten overbruggen. Amira is net 12 jaar geworden en gaat beginnen in de brugklas van een Nederlandse middelbare school, op de speciale afdeling ISK ( internationale schakelklas).
Flinke leerachterstand
Ze heeft een flinke leerachterstand. Ze is immers lang niet naar school geweest. De oorlog in Syrië en de vlucht van hun gezin, eerst naar Libanon, hebben een lange onderwijsstop gegeven. Amira heeft dingen gezien, die je als klein meisje niet zou moeten zien. Heeft dingen gehoord, die ze niet had moeten horen en dingen meegemaakt, waardoor ze angstig is.
Amira is geen hoogvlieger. Ze heeft moeite met leren en ach, voor een meisje is leren ook iets minder belangrijk, vindt haar familie. Als ze maar kan afwassen, thee en koffie zetten en leert koken. Haar moeder vertelt het me zonder blikken of blozen: Amira is dom. De juf in Syrië heeft dat ook altijd gezegd. Amira’s hoofd is een zeef. Wat er ingestopt wordt aan kennis, valt er zo weer uit. Het meisje zit zelf bij het gesprek en krimpt in elkaar bij de beschrijving.
Leren fietsen
Amira heeft de afgelopen weken leren fietsen, want meisjes in Syrië fietsen niet. En hier moet ze naar school kunnen fietsen. Het fietsen is nog erg spannend en als er veel verkeer is….
Ze mag niet zonder begeleiding fietsen en krijgt daarom een mobiel. Dan kan ze appen met haar familie, dat ze klaar is op school en vervolgens met begeleiding naar huis komen. Amira glimt zichtbaar over die mobiel die ze krijgt, want een Syrisch meisje hoeft eigenlijk geen mobiel te hebben. Maar nu is er de noodzaak toe.
Verplicht een computer
En dan die computer. Als brugklasser heeft ze een computer nodig, zegt de school. Maar alleen papa heeft een computer en daar mag thuis verder niemand aanzitten. Toch moést die computer voor haar worden besteld.
Ja, Amira gaat beginnen en is bang voor de grote nieuwe wereld die ze in september tegemoet gaat. Met bange bruine ogen kijkt ze me aan. Ze is faalangstig, maar dat vindt u ook vast niet gek. Ook meen ik echter een klein sensatielichtje in haar ogen te zien.
Ze zijn als gezin gevlucht uit Syrië, maar Amira’s vlucht wordt nog groter. Van traditioneel Syrisch meisje wordt het een brugpieper-puber op een Nederlandse school.
Help jij?
Help jij haar als ze zwabberend het verkeer in gaat op weg naar school?
Help jij Amira met succesjes op school haar faalangst weg te poetsen? Help jij haar haar kwaliteiten ontdekken en ontwikkelen? Help jij haar met passend onderwijs een mooie jonge vrouw te worden, die er zijn mag en er zijn kan. Laten we op de Nederlandse scholen alle Amira’s en Anita’s en hun broers groeien? Dan hebben we een taak van (inter)nationaal belang!
We gaan beginnen!!
Geef een reactie